Lieve Merel, dit is een post om nooit meer te vergeten hoe je tegenwoordig uit vrije wil (!) en tijdens het spelen, gewoon in “een” hoek van de kamer gaat staan met een pruillip en een dosis nepgehuil. Hoe mama, papa of ‘moma’ er dan om moeten lachen als je dat doet. En hoe je daarna vrolijk verder speelt alsof er niets gebeurde. 🙂
Alsof er niets gebeurde, een mooie plaat van Yevgueni die tot nadenken stemt…
“Voor je je ogen sluit
en in mijn armen naar je dromen drijft,
luister nog heel even.
Voor ik je stem verlies
En jij alleen nog glimlacht”
Of hoe verschrikkelijk oneerlijk het leven is, dat is wat ik er van maak. Hoe een jong leven plots overhoop gegooid word, door het onmenselijke woord dat begint met de K.
Kanker. Kanker Punt.
Er rust nog altijd een taboe op, merk ik nu het zo dicht komt. Hoe raar het ook is en hoe enorm veel het helaas ook voorkomt. Plots wordt alles anders, bekijk je alles anders. Je wordt voor keuzes gezet die je nooit voor mogelijk achtte. Keuzes die je dacht om binnen 65 jaar maar te maken. Als ‘buitenstaander’ (mag je dit zo noemen?) lijkt alles plots zo relatief, zo onnozel, zo nutteloos. Stress op het werk of om een verhuis. Wat is het een tijdsverspilling in vergeleken met de grote K.
De ongeneeslijke K. De godverdommewaaromzij K.
Het is zo onwerkelijk. Elke dag denk ik, nee dit is niet waar. Dit is een ziekelijke vergissing. Dit is te wreed om waar te zijn. Het is niet. De neus op de feiten, elke dag.
Behandelingen die pijn doen, waar je nog zieker van wordt. En hoe de medische wereld soms nog altijd in het duister tast. “Ze kunnen al veel ze” hoor je dan Jan met de pet zeggen. Ja, ze kunnen al veel. Maar altijd voor een ander heb ik zo de indruk. Het banale zinnetje dat ik zelf ook zo vaak hoorde toen ik in het fertiliteits-verhaal zat, zo’n 3 jaar geleden. Maar dat was in vergelijking met dit verhaal 300x peanuts.
Waar ik ook zo boos van word, is hoe ze de ‘patiënt’ nog steeds niet genoeg op de hoogte stellen van zijn eigen situatie. Hoe je nog altijd zelf moet bellen of navragen ‘hoe het zit’. Hoe je zelf je vragen moet formuleren of je krijgt geen antwoord. Hoe ze met termen smijten, die je dan maar moet begrijpen. Hoe je nog altijd ‘gewoon’ in de wachtrijen komt voor scanners, voor afspraken (“Hallo! Het is hier wel dringend!!!”). Hoe je merkt dat je een nummer in de rij bent die veel te lang is. Hoe je, je voelt als je de verkeerde kassa gekozen hebt, maar dan maal 1000.
Of hoe kwaad worden ook helemaal geen nut heeft. Op wie moet je kwaad zijn? Op wat? Op je omgeving? Op de overheid? Op fucking Tsjernobyl? Kwaad zijn helpt geen zier. Moest het zo zijn, dan zou ik kwaad zijn voor de halve wereldbol! Roepen, tieren! Tot het zou weggegaan zijn. De longen uit mijn lijf. Heb ik al gedaan, het helpt niet…
Buiten hoor ik donder. In mijn lijf dondert het ook. Van woede waarom dit vreselijk woord zo een lief en ongelooflijk iemand moet treffen… Wat een misgeschoten ‘pijl’. Jou niet. Jij moet hier zijn, voor ons, voor je ventje en familie, voor nog 200 jaar! Mijn lieve D. Dit is een liedje voor jou.
Hele dikke kus
Merelmama
-X-
Dikke knuffel, zowel voor jou. Maar zeker en vast ook voor D! XXX
LikeLike