Een Pinkstermaandag met zalig zonneweer. Ik haal dochterlief af bij bompa en bomma en voel een drang om wat extra tijd met haar te spenderen. Ik heb haar gemist. En ze kan dat ook zo zalig schattig zeggen: “oh mama, wat heb ik jou gemist” zegt ze dan, met een nepzuchtje, pruillipje en puppy-oogjes erbij. *smelt*
We (Merel & Mama) springen in de auto en rijden naar een provinciaal domein in de buurt. Dacht ik toch want wat een ritje van een half uurtje moest zijn, werd er eentje van drie kwartier. -Interne GPS fail!-…
Ik zie in de verte een bui aankomen en spoed me nog meer richting de kunstmatig aangelegde vijver. Het is al bijna half 4, straks is het de moeite niet meer.
Eens aangekomen maak ik haar wakker uit haar zweterig schoonheidsslaapje. Dan besef ik dat ik geen buggy meegenomen heb en vermits het kind nogal lui en verwend is, wat stappen betreft *ahum*, kan dat wel eens een demper op de feestvreugde worden.
Maar borst vooruit en met mijn rugzak vol zomergerief en goede bedoelingen stappen we naar de ingang. Nog een beetje slaperig maar ze stapt, oef. Even oriënterend bekijk ik de wegwijzertjes die mooi opgesteld staan langs het pad. De “diertjestuin” lijkt me wel wat. En blij dat het kind nog niet kan lezen, negeer ik nog even het pijltje met ‘kinderspeeltuin’.
Uit ervaring weet ik wel dat de ‘diertjestuin’ een eindje stappen is. En ik weet ZO waar het op zal uitdraaien onderweg: dochterlief die koppig en dramatisch staat te gillen dat ze niet meer wil stappen, ik die dan geërgerd 50 meter verderop sta te zuchten en uiteindelijk toegeef, en dat alles onder het afkeurend oog van wel 150 voorbijgangers. Nee, dat gaan we niet doen. Plots valt mijn oog op een fietsenstalling met allemaal dezelfde fietsen. Wat leuk! We huren gewoon een fiets met kinderzitje. We stappen gezwind 20 meter verder naar het loket. “Een fiets met kinderzitje alsjeblief”, “dat is dan 4€ en u kan 2 uur fietsen”. Oh super! Dochterlief is blij en ik installeer haar achteraan op de fiets. Even sukkelen met de rugzak en de kinderstoel (mama ik kan niet zien!), maar we vertrekken. Zalig! Mijn hernieuwde liefde voor fietsen komt tot uiting en mijn mondhoeken krullen omhoog. Het is een bijna ultiem gevoel van vrijheid vind ik, zeker met mijn kleine krullenbol in het zitje achter mij. De wind in mijn haren, de namiddagzon die schijnt op het water van de vijver en in ons gezicht. Zalig vind ik het. Dochterlief heeft echter niet zoveel zin in fietsen (helaas, pindakaas) maar ik kan toch even rond de vijver fietsen. Natuurlijk passeren we ook de speeltuin en ik kan het niet over mijn hart krijgen om niet even te stoppen. We parkeren de fiets en ze stapt (dan kan ze het wel!) gezwind richting zandbak. Daar moet ik even mijn minimale vorm van smetvrees inslikken. Een waterpartij en zandbak in één is het. Mooi gemaakt, dat wel. Jongens en meisjes in, met modder besmeurde, onderbroekjes rennen kris kras door elkaar onder de brandende zon. Ik peil haar reactie. Ze blijft uit, haha, het kind lijkt op haar moeder. Ze ontwijkt de plassen die er liggen en negeert het modderige tafereel volledig. Het piratenschip met de glijbanen dan maar. Ze klimt er op en kijkt telkens over haar schoudertje of ik nog wel in het zicht ben. Als ze naar een ander toestel wil, kijkt ze mijn richting uit en zie ik haar mondje vragen of het mag. Tuurlijk mag ze dat,mijn flinke meid.
Ik vlei me neer op het gras onder een boom en drink eens van de drinkbus. Een ‘alleenstaande’ mama met dochter, het blijft toch een bezienswaardigheid voor sommige mannen. Terwijl ik langs de picknickdekens loop, zie ik geregeld ogen afdwalen. Ik voel me wel geëmancipeerd, moet ik toegeven. Ik kan best wel alleen met mijn kind naar de speeltuin (of eender waar naartoe) gaan. Een raar maar fier gevoel dat ik nog erfde van mijn (korte) periode als effectief alleenstaande mama. Nu ben ik uiteraard niet alleenstaand en was manlief thuis aan het dokteren en puzzelen aan de plannen voor ons huis, maar dat weten die glurende papa’s op hun picknickdekentjes niet natuurlijk. 🙂
Kus
-X-
Merelmama